» Welkom
» Totstandkoming
» Synopsis
» Levensbeschrijving
» Sponsors

B O N I F A C I U S

Een Europees drama

PROLOGHE IN TZWERK

Heftige onenigheid tussen God en Lucifer over de etymologie van de naam Bonifacius en dientengevolge over diens betekenis voor de Europese geschiedenis. De Friese amateur-historicus J.M. Minnema, lid van het genealogysk wurkferbân van de Fryske Akademy, wordt op onderzoek uitgestuurd.

EERSTE ACTE

FRIESLAND

Het koor bezingt de Friese koning Redbad als held en leider in de strijd tegen het Christendom. Koning Redbad heeft zijn dochter Thiudasande uitgehuwelijkt aan de zoon van de Frankische koning Pepijn, om de vrede te bewaren. Thiudasinde neemt afscheid van Friesland en zingt over de rol van de enkeling in de geschiedenis, over individu en collectief.

Kort na haar gedwongen huwelijk is de man van Thiudasinde vermoord en zijzelf spoorloos verdwenen. De macht in Frankrijk is overgenomen door Charles Martel. Redbad eist van Martel opheldering over de verblijfplaats van zijn dochter. Martel geeft geen antwoord. Debat tussen Charles Martel en Redbad over niet te stuiten Christendom en Europese politiek. Martel wil de kerk ondergeschikt maken aan de staat. Hij waarschuwt voor de sterk opkomende Islam. Hij belooft Redbad blijvende macht als hij zich laat dopen. Redbad lijkt te zwichten, maar vraagt op het laatste moment waar zijn voorouders zijn. Als het antwoord is in de hel ziet Redbad er van af. Koor van Friese Voorouders.

Minnema verhaalt van de komst van Bonifacius (Wynfryth) naar Friesland. Bonifacius spreekt zijn missionarissen toe over het doel dat de middelen heiligt. Aan de Friese kust wordt door Redbad in een jaarlijks ritueel een jongen geofferd aan de goden. Koraal van geofferde jongens klinkt vanuit de Waddenzee. Bonifacius redt de jongen op het nippertje van de offerdood. Redbad is verbijsterd.

De priesteres van de Friese godin Eastra verschijnt. Op het moment dat hij haar ziet, slaakt Bonifacius, onwillekeurig een voor hem zeer zonderlinge kreet : "Non Credo!" In een bezeten aria getuigt Bonifacius van zijn vaste geloof in Jezus Christus, maar wordt hij tegelijk overspoeld door twijfel. De stem van de Friese priesteres heeft hem dichter bij God gebracht dan iedere christelijke geloofservaring daarvoor. De priesteres Eastra verklaart hem de echte godservaring. Bonifacius verdoemt alle Friezen en vlucht.

TWEEDE ACTE

EUROPA

Minnema beschrijft hoe de Donar-eik bij Fritzlar - het belangrijkste Duitse prechristelijke heiligdom - door Bonifacius en zijn mannen wordt geveld. De legende dat bij de eerste aanraking van B. de eik in vier stukken viel blijkt niet juist. 31 heftige slagen van een enorme bijl waren nodig. Minnema verwondert zich over de toestand in Europa rond die tijd. Het is een chaos. De pre-christelijke godsdiensten doen het nog goed, het Christendom is een ratjetoe van onenigheid, staten trachten de groeiende macht van de kerk in de hand te houden en de Islam rukt onstuitbaar op.

Bonifacius, zijn heidense godservaring verdrukkend, preekt als een bezetene in heel Europa in een poging het Christendom tot een eenheid te smeden. Een koor van Germaanse heidenen, een koor van Moslims en een koor van Christenen zingt door Europa. Bonifacius preekt over een wereldwijdweb van kerken, terwijl een heidense kathedralenbouwer het menselijk hart het enige godshuis noemt. Charles Martel roept Bonifacius' hulp in bij de bestrijding van de Islam. Bonifacius preekt. De Keizer van Constantinopel en de Paus vechten het eerste schisma in het Christendom uit. Bonifacius preekt.

Na de 31ste slag van de bijl in de eik van Fritzlar wordt het doodstil in Europa.

Bonifacius zit alleen in zijn priestercel. Hij uit zijn twijfels over zijn missie, over eenheid in het Christendom, zelfs over de aard van het Christendom als weg naar God. Hij denkt aan Eastra. Herinnert zich de mooiste ervaring van zijn leven. Ziet in dat hij alles wat hij bereikt heeft, heeft gedaan om die ervaring te verdringen. Bonifacius wil terug naar Friesland.

De Paus in conclaaf met zijn Kardinalen en Bonifacius. Een vergadering met één agendapunt: de harde kern van Heidenen te Dokkum. Een martelaar moet worden gevonden. Eén van de Kardinalen moet zich beschikbaar stellen om zich in Friesland door de Heidenen te laten ombrengen, opdat het heidens bolwerk eindelijk gewapenderhand kan worden neergeslagen. Bonifacius staat op. De Paus twijfelt geen moment. Hij roept Bonifacius uit tot de Verlosser van Noord-Europa en belooft hem een spoedige Heiligverklaring.

DERDE DEEL

FRIESLAND

Minnema introduceert ons bij een heidense dienst ter ere van Eastra. De priesteres uit de eerste akte is inmiddels dood, maar in een holle eik staat een houten beeltenis van haar. Koor van Heidenen, gebed tot de boom, voorjaarsgebed, zon, vruchtbaarheid. Een nieuwe, jonge priesteres weidt het beeld van Eastra, de godin van de lente, het licht, de nieuwe tijd, de verlichting, het nieuwe geluid. In een emotionele 'preek' voorspelt ze de ondergang van hun Goden en de gevolgen daarvan voor de historie der mensheid. Ze roept de Godin Eastra aan hen raadt te geven. De stem van godin Eastra klinkt vanuit haar beeld. Ze verklaart dat de man die haar ondergang zal bewerkstelligen al in hun midden is. Ze roept Bonifacius naar voren, die al die tijd getuige was van de dienst.

Bonifacius komt om Eastra te zien en neemt geen genoegen met haar beeld. Koor en de jonge Priesteres waarschuwen Bonifacius ten eerste male. Bonifacius stelt voor het feest van Eastra na de bekering van de Friezen om te vormen tot een christelijk feest van nieuw licht en nieuw geluid, dat haar naam zal dragen (Easter). Koor en de jonge Priesteres waarschuwen Bonifacius ten tweede male. Verhuld in bijbelcitaten betuigt Bonifacius zijn liefde voor Eastra. Hij smeekt haar om hem nog eenmaal de stem van God te laten horen. Eastra zegt dat Bonifacius de laatste Christen zal zijn die ooit de Stem van God zal horen. Bonifacius raakt in extase. Hij danst om het beeld. Pakt het plotseling vast. Koor en de jonge Priesteres waarschuwen Bonifacius ten derde male. Bonifacius gooit het beeld van Eastra in duizend stukken.

Bonifacius moet verschijnen voor een Vierkant van Rechters. De jonge Priesteres schetst het dilemma van de rechtbank: heiligschennis mag niet ongestraft blijven, maar een veroordeling van Bonifacius zal een fatale wraakactie vanuit Rome zal oproepen. Dat zal het eind betekenen van de Friese religie. Viermaal vragen de Rechters Bonifacius naar een motief voor zijn daad. De vierde maal antwoordt hij: "Uit Liefde!" De Rechtbank veroordeelt Bonifacius tot de doodstraf door onthoofding.

Slotkoor van gekerstende Friezen: het Onze-Vader in het Gotisch.

EINDE

Rolverdeling

Mark Holland, bas/ bariton Bonifacius
Tania Kross, mezzosopraan Thiudasinde/Priesteres
Bonita Hyman, alt Eastra
André Post, tenor God, Redbad, Bouwmeester
Joseph Schlesinger, countertenor Lucifer, De Paus
Frans Fiselier, bariton Karel Martel, Keizer
Joop Wittermans, acteur Minnema


Stichting Rixt © 2004